In de tijd dat de Vereniging van Vrijzinnige Hervormden plannen maakte en geld inzamelde voor een eigen kerkgebouw, moest de wijk waarin de kerk zou komen nog bedacht worden! In 1952 hoorde men van het uitbreidingsplan van de gemeente Zoetermeer ten zuidwesten van het nog aan te leggen Wilhelminapark. Hierin was ruimte van 600 m2 voor een kerk gereserveerd. De prijs voor de grond en gebouw, fl. 80.000, werd door de vereniging opgebracht en zo werd in 1955 de Adventskerk gebouwd. Het gebouw werd in slechts vijf maanden neergezet en op 20 december 1955 kon de nieuwe Adventskerk al in gebruik worden genomen.

Architect A. van Eck uit Voorburg ontwierp een sober gebouw met plaats voor 121 stoelen. Zijn ontwerp voor het kerkgebouw sloot aan bij de traditionele stijl van de Delftse School Dit eenvoudige zaalkerkje in lichtgele baksteen, heeft een rechthoekige plattegrond met een eveneens rechthoekige aanbouw aan de achterzijde en een vierkante toren aan de kant van de Irenelaan. In 1993 werd die aanbouw, de consistorie, uitgebreid met een gelijkvormige ruimte waardoor meer plaats ontstond. De vierkante toren krijgt haar aantrekkelijke uiterlijk door de met regelmaat in de toren geplaatste venstertjes met ruitvormig glas-in-lood. De bekroning van de toren is een opengewerkte betonconstructie met een klein zadeldak waarop een roodkoperen spits staat, inmiddels groen geoxideerd. In het huidige gebouw zien we dit zadeldak van grijze pannen nog vier keer terug: op het voorportaal, twee op de uitgebreide consistorie met keuken en het grootste op de kerkzaal. De wanden van de kerkzaal worden aan de lange zijden in vier muurvlakken verdeeld door de gemetselde steunberen. In de vlakken zijn hoog in roeden onderverdeelde stalen vensters geplaatst. Boven het ingangsportaal bevindt zich in de muur een betonnen Davidsster waar door het aangebrachte glas daglicht heen komt. 

Het ingangsportaal met de donker houten cassettendeur laat de bezoeker binnen in een kleine ruimte van schoon metselwerk. Het portaal geeft direct toegang tot de rechthoekige kerkzaal met witgepleisterde muren. Op de vloer liggen grijze, en af en toe gele, betontegels en het plafond bestaat uit een groen geverfde houten kapconstructie die rust op natuurstenen consoles. Behalve de houten preekstoel is er van het oorspronkelijke meubilair weinig over. Voor het aangeschafte pijporgel moest in 1967 een speciale galerij gebouwd worden, die noodgedwongen voor de vensters langs gaat. Het geheel straalt nog steeds een sfeer van verdraagzaamheid uit, die past bij de gebruikers van dit pand.

Het glas-in-loodraam
In 2004 heeft één van de leden het fraaie glas-in-loodraam geschonken dat boven de preekstoel is geplaatst. Het raam is een ontwerp van Carel Bruens en is vervaardigd in glasatelier Jilleba te Leiden. Het oorspronkelijke venster was gelijk aan het venster in de muur boven de entree. De duif als symbool van de Heilige Geest vliegt naar ons toe en verlicht ons met haar gele vlam. De voorstelling is gebaseerd op de bijbeltekst van Mattheüs 3, vers 13 tot en met 17.

De klok
Het besluit van de ledenvergadering in 2010 om tot aanschaf over te gaan op een luidklok, heeft een lange voorgeschiedenis. In de uitgave ‘Samen onder één dak’, het jubileumboekje bij het 25-jarig bestaan van het samenwerkingsverband in 1995 van de VCGZ, staat te lezen hoe al in 1958, op proef, twee luidklokjes in de toren zijn gehangen. Het bestuur bevond het geluid echter te licht. In 1979 is er opnieuw sprake van de aanschaf van een luidklok, maar bij spreken is het gebleven. In 2010 gaan er opnieuw geluiden op om een klok te plaatsen. Dit keer met succes. Het mag bijzonder heten dat in een tijd van kerksluiting en sloop de gemeente in totaal 7.290 euro bij elkaar brengt om een lang gekoesterde wens in vervulling te laten gaan. Op 4 maart 2011 om 15.00u wordt de kerkklok luidend opgeleverd door de Koninklijke Klokkengieterij Petit&Fritsen en aan de VCGZ overgedragen.

Het raam met de Davidster
Boven de ingang van de Adventskerk bevindt zich een raam met daarop de Davidster. Wat in 1955 de vrijzinnig hervormden en de architect A. van Eck bewogen heeft om de kerk te voorzien van deze ster, is niet duidelijk. De Davidster stelt een hexagram voor: twee driehoeken die samen een zeshoek vormen. Het is als symbool al vanaf de oudheid bekend. Dat de Davidster boven de ingang is aangebracht valt wellicht te herleiden naar de Middeleeuwen toen alchemisten het hexagram gebruikten als symbool van de drieëenheid. Eén driehoek staat voor wat vuur is, geest, mannelijk. De andere driehoek staat voor water, materie en vrouw. Als samenspel wijzen zij op de liefde tussen God en de wereld en tussen man en vrouw. De symboliek van het hexagram omgeven door een cirkel wijst ook in die richting, aangezien deze staat voor de goddelijke geest. 

Maar het blijft gissen waarom juist dit symbool boven de ingang van de Adventskerk is aangebracht. Wie het weet mag het zeggen.